ReadScapes


Procedures
rondom kritische luistersessies

door ThingMan, 1998 - 2005
herziene versie: ©2018 - 7 januari - ThingMan


In dit artikel zal een bepaald vocabulaire of 'jargon' worden gehanteerd om de procedures rondom kritisch luisteren te kunnen beschrijven. Kritisch luisteren is hetzelfde als analytisch en oordelend luisteren.
Als lezer van dit artikel zul je er dus belang bij hebben om genoemd vocabulaire te beheersen.
Als dat nog niet het geval zou zijn, kun je het beste eerst het artikel lezen waarin het jargon wordt geïntroduceerd en uiteengezet. Zie:
"Een Beter Luisteraar Worden"


Daarnaast is ook de factor "aandacht" cruciaal bij het uitvoeren van deze procedures. Aandacht is nodig om er voor te zorgen dat de gehoormatige indrukken en ervaringen van de kritische luistersessie correct werden verkregen, geïnterpreteerd en gerelateerd.

Het is bij dit soort onderzoekingen niet moeilijk om op punten misleid te worden. De kansen hierop nemen toe, naarmate zekere eenvoudige procedures niet in acht worden genomen.

In dit artikel daarom een overzicht van aandachtspunten rondom kritische luistersessies.

Navolgende procedures, waarmee je zelf betrouwbare kritische en vergelijkende luistersessies kunt houden, zijn reeds algemeen bekend. Links en rechts kun je er over hebben gelezen. Dit artikel brengt dus niets wezenlijk nieuws onder de zon. Het vormt vooral een weerslag van meer dan 3 decennia persoonlijke ervaringen met dit onderwerp, vanuit een achtergrond die objectieve betrouwbaarheid van zulke indrukken beroepsmatig noodzaakte.

Ik werkte 14 jaar in de hoedanigheid van akoestisch en sonisch adviseur (SoundScapeS). In de periode daarvoor verzorgde ik demo's thuis en in de luisterruimte van een hifi-winkel. En in de periode die daar weer aan voorafging was ik actief als luidsprekerbouwer.
Correcte en objectieve analyses, juiste diagnoses en eerlijke beoordelingen ten behoeve van klanten en mijzelf waren doorslaggevend.
Mensen, ikzelf daaronder inbegrepen, gingen bepaalde dingen doen of laten op basis van die analyses, diagnoses en beoordelingen.

Een waarheidsgetrouwe evaluatie is natuurlijk alleen al om die redenen erg belangrijk, en kan in zo'n context niet lichtvaardig worden gegeven. Een dergelijke analyse zou ook niet tot stand mogen komen als uitvloeisel van een of andere
inconsequente of onjuiste toepassing van één van de onderstaande basisprocedures.
Als je die procedures opvolgt en consequent toepast, en vervolgens verschillen
waarneemt bij vergelijkingen van componenten of beoordelingen van luidsprekeropstellingen, mag je het volste vertrouwen hebben in de juistheid van die waarnemingen. Ze worden dan namelijk werkelijk teweeggebracht door de wisseling van de te vergelijken componenten of wijzigingen in de opstelling, en niet door -- bijvoorbeeld -- te vergeten om het eerste apparaat te aarden, terwijl het tweede vervolgens wel geaard werd beluisterd.

Zulke ogenschijnlijk kleine onachtzaamheden zijn niet toelaatbaar in een objectief en vergelijkend warenonderzoek. Ook niet in huiselijke kring, aangezien ze soms aanleiding kunnen zijn voor een kostbare beslissing die jaren geldig is!


Zo kun je uiteraard ook beter niet de positie van de luidsprekers gaan wijzigen tussen twee luistersessies in, als je feitelijk twee CD-spelers aan het vergelijken bent! Dit zijn twee, waarschijnlijk vanzelfsprekende voorbeelden van wat verstaan mag worden onder de term 'procedures' in verband met kritisch luisteren. Procedures zijn zodoende vooral bedoeld om de factor "consequentheid" te introduceren.

Zonder consequentheid zal elk vergelijk onbetrouwbaar worden, zelfs met de beste bedoelingen, en zelfs als de waarneming zelf onfeilbaar juist is!



















Blanco

Het is cruciaal en niet altijd even gemakkelijk om een kritische luistersessie in te stappen met een onbevooroordeelde geest, als een onbeschreven blad.

Vergeet daarom de merknamen van de producten die je gaat beluisteren, alsmede hun eventuele reputatie op het gebied van geluidskwaliteit. Vergeet hun prijzen en vergeet vooral ook de persoon die je eventueel voor het hoofd zou kunnen stoten, als je het ene product zou verkiezen of verwerpen boven het andere.
Vergeet ook -- in elk geval voor het moment -- dat het ene component beter is gebouwd en degelijker aanvoelt dan het andere.

Natuurlijk is dat allemaal ook van belang,
maar het is niet van belang bij wat we
nu willen gaan doen!
Wees dus bij een kritische luistersessie simpelweg ontvankelijk
voor de indrukken die via
je oren tot je komen.


Als die indrukken overeenkomen met je verwachtingen omtrent het product,
wees dan gezond wantrouwend (sceptisch): besef dan dat hier evengoed je eigen vooroordeel in het spel kan zijn. Slechts weinigen zijn vrij van positieve of negatieve vooringenomenheden, waar het aankomt op merken, prijzen en uiterlijk voorkomen.

Het is, met name in de context van een thuissituatie, niet eenvoudig om een geheel onafhankelijk en objectief (blanco) luisteraar te zijn. Toch vertegenwoordigt dat wel een strevenswaardige houding: het kan immers je grondslag zijn voor een kostbare aanschaf die jaren mee moet gaan!
Objectiviteit is één van de belangrijkste redenen om professionele luistersessies te organiseren, waarbij het luisterpanel in het ideale geval geen flauw idee heeft
wat er precies moet worden beoordeeld, behalve dan dat het bijvoorbeeld om luidsprekers of versterkers gaat, die door derden tijdens onderbrekingen worden verwisseld. Het panel ontvangt zo
alleen luisterindrukken over de aangesloten luidsprekers of versterkers. Kennis over merken, prijzen (maar niet persé de prijsklasse), bouwwijze, speciale werkwijze en andere wetenswaardigheden ontbreken vooralsnog in de kennis van de luisterende recensent(en).

Het zal je niet verbazen dat zulke tests kunnen leiden tot resultaten die, in vergelijking met
normale tests (waarbij men wel prijs, merk e.d. kent), tot nadenken stemmen. Resultaten kunnen dan variëren van het uitroepen van zowat de goedkoopste voorversterker tot absolute winnaar, tot het uitroepen van een "B-merk" versterker als "beste koop".
Luistertests die aldus zoveel mogelijk 'blind' gevoerd worden in een voor muziek luisteren geschikt gemaakte omgeving (dus niet in een laboratorium!), lopen niet het risico 'verontreinigd' te worden door de welbekende vooroordelen.
Tegelijk kleven er nadelen aan zo'n werkwijze, die zodoende niet tot de enig juiste standaard verheven hoeft te worden.

Eenieder die niet op deze manier blind kan testen, en dat zullen de meeste mensen in hun thuissituatie zijn, behoort zich te realiseren dat het in het eigen belang is om te trachten niet gehinderd te worden door eigen vooroordelen en vooropgezette meningen.
Je kunt nog heel lang achtervolgd worden door het vooringenomen resultaat van een overmatig subjectieve selectie en de resulterende aankoop van een component.













"Blanco" lijkt onmogelijk wanneer geconfronteerd met deze setup,
maar is dat natuurlijk niet...





Eén Variabele Tegelijkertijd

De eerste grondregel voor kritisch luisteren is,
dat er slechts één variabele per keer
mag worden gewijzigd.


Met andere woorden:
als alle
randvoorwaarden, apparatuur en opstellingscriteria ongewijzigd blijven, maar er wordt slechts één variabele veranderd (bijvoorbeeld een andere voorversterker), dan zijn alle waargenomen veranderingen vanzelfsprekend ook het gevolg van de wijziging van die ene variabele.

Deze werkwijze zal vast overkomen als een logische vereiste bij het verkrijgen van een correct waardeoordeel, of dit nu bij je thuis is of tijdens een demo bij de hifi speciaalzaak. Met de wijziging van de in het voorbeeld genoemde voorversterker mag dus
niet tegelijkertijd ook de interlink tussen de CD-speler en die voorversterker worden veranderd. Ook zouden beide componenten op dezelfde ondergrond (soundboard) moeten zijn opgesteld.

Anders zouden er immers twee of meer variabelen tegelijkertijd veranderen...

De gewijzigde waarneming zou in zo'n geval altijd moeten worden toegeschreven aan twee of meer veranderde parameters. Dan zal echter nooit met de noodzakelijke zekerheid kunnen worden vastgesteld hoeveel verandering de ene, en hoeveel de andere met zich heeft meegebracht.

Een evidente uitdrukking van misleidende waarneming,
na het wijzigen van meerdere variabelen tegelijkertijd,
levert een waarnemer die een systeem voor de eerste keer hoort,
en dan meedeelt hoe goed of hoe slecht de luidsprekerkabels wel zijn.


Het bovenstaande met droge ogen beweren is uiteraard onmogelijk.
Het is al tamelijk lastig om het muzikale aandeel van luidsprekerkabels überhaupt te isoleren binnen de context van een compleet systeem dat voor de luisteraar geen grote geheimen meer heeft, zoals je eigen, beproefde systeem. Laat staan dat dit mogelijk is binnen een geluidssysteem dat door iemand voor de allereerste keer wordt gehoord, en waarin bovendien meerdere variabelen tegelijk werden gewijzigd.
Je mag zulke waarnemingen, ook wanneer ze van een
expert komen, veilig naast je neerleggen, en verder goed gaan opletten welke gevolgtrekkingen zo iemand verder nog maakt. Ook hiervan kun je eventueel veel leren, met name over het vermijden van valkuilen die, juist voor een kritisch luisteraar, in grote getale opdoemen.

Het spreekt verder vanzelf dat er, binnen die ene variabele die het onderwerp van de kritische luistersessie is, evenmin 'oneerlijke concurrentie' mag bestaan.

Oneerlijke concurrentie kan zich ook voordoen als er met de beste bedoelingen wordt geluisterd, omdat onwetendheid of onnadenkendheid eraan ten grondslag kan liggen.
De voorversterker, die in het voorbeeld als tweede kandidaat werd aangesloten, moet bijvoorbeeld
ingespeeld en lang genoeg ingeschakeld zijn. Hij moet ook fysiek identiek worden opgesteld en worden aangesloten met identieke bekabeling.

Een voorversterker — maar in feite
alle elektronische apparatuur — die al meteen na inschakeling kritisch wordt beluisterd komt er, in een overigens optimale geluidsinstallatie, zelden goed vanaf. In het eerste halfuur na het inschakelen van de meeste componenten, kunnen een aantal muzikale kenmerken nog verder verbeteren. Soms kan dat zelfs als een ronduit dramatische verbetering worden geïnterpreteerd.

Elk component verdient in een kritische vergelijking altijd het voordeel van de twijfel en moet dus tijdig worden ingeschakeld.







de voorversterker is hier de te vergelijken variabele;
ze zouden in dat geval ook vanaf hetzelfde soundboard vergeleken moeten worden !!!







Calibratie van het Volume

De tweede fundamentele regel bij het kritisch vergelijken van audiocomponenten
is
calibratie van het geluidsvolume indien directe A/B vergelijkingen worden gedaan.


Met name bij
directe A/B vergelijkingen tussen componenten is het erg belangrijk dat de geluidssterkte van de twee componenten volkomen identiek is. Bij A/B vergelijkingen wordt er immers snel geschakeld tussen de componenten, en het luider spelende component zal dan in principe in het voordeel zijn.

Een beetje basiskennis en een eenvoudige voltmeter, plus enkele minuten voorbereiding, zijn nodig om een A/B vergelijking adequaat uit te voeren. D.w.z. binnen toleranties van 0.2dB (ook 0.1dB is haalbaar).

Aan het einde van dit artikel zal de methode voor calibratie worden uiteengezet.


Calibratie van het volume is zo belangrijk, omdat zelfs kleine verschillen in de geluidssterkte al zullen leiden tot foutieve conclusies.
Dat komt vooral omdat de gevoeligheid van het menselijk gehoor niet bij alle frequenties even groot is. De gevoeligheid voor bas en treble neemt niet-lineair toe met het geluidsvolume. Daardoor hoor je meer bas en treble, naarmate de muziek harder staat.

Als product A op een luider niveau speelt dan product B, dan is goed het mogelijk dat A daardoor helderder, directer, meer voorwaarts gericht, gedetailleerder en dynamischer lijkt te klinken. Als product A echter van zichzelf een zachtere trebleweergave en een slanke balans in het laag heeft, dan kom je dit verschil mogelijk helemaal niet tegen als het volume niet juist is gecalibreerd.
Als het al mogelijk is om het karakter van product A vast te stellen op basis van vergelijkingen met ongecalibreerd volume, dan is het niet of nauwelijks mogelijk om goed te weten te komen
in welke mate de treble zacht is, het detail ontbreekt, de dynamiek matig is of de bas dun, in vergelijking met het zachter spelende product B.
Door calibratie weet je wel heel precies in welke mate zulke kenmerken vertegenwoordigt zijn in het te evalueren product. Het is niet meer nodig om (onmogelijke) mentale compensatie toe te passen op de verschillende geluidsniveau's — je kunt je onbevangen richten op het luisteren zelf.

Voornoemde A/B vergelijkingsmethode — waarbij je tijdens kritisch luisteren
direct van product A naar product B kunt overschakelen —
geeft soms aanleiding tot
de zogenaamde "A/A paradox".


De A/A paradox stelt, dat als men twee identieke presentaties hoort (A/A),
men ook verschillen daar tussen meent te horen.
De A/A paradox treedt op omdat muziek betekenis en bedoeling heeft.

Die neem je eveneens waar, maar een mens is geneigd daar steeds weer anders op te reageren bij elke keer dat hij het hoort. Dat is zeker zo in de ietwat
mechanisch herhalende context die de A-B vergelijking uit de aard der zaak met zich mee zal brengen.
Maar ook in het geval van
nog onbekende muziek zal een tweede, derde en vierde keer luisteren steeds andere details laten horen, hetgeen in dat geval dan te wijten is aan de onbekendheid met de muzikale inhoud.
Deze factoren, al of niet gecombineerd, houden ons soms voor de gek met
verschillen die er helemaal niet zijn!

Gelukkig is het niet zo moeilijk om de A/A paradox te vermijden.
Luister, bij het vergelijken van componenten, naar A, dan naar B en vervolgens weer naar A.


De verschillen die je hebt gehoord bij de A/B vergelijking worden al of niet bevestigd en duidelijk geconsolideerd, wanneer je voor de tweede keer naar A luistert. Na het kiezen van een nieuw muziekstuk voor verdere vergelijking wordt de volgorde automatisch weer B/A/B.
Deze techniek van het luisteren naar drie (of vijf: A/B/A/B/A) achtereenvolgende presentaties van twee producten zal de eerste indrukken bevestigen of juist weerleggen. Vaak is een kenmerk dat gedurende de eerste presentatie werd opgedaan prominenter aanwezig bij de tweede vergelijking.


















Bronmateriaal

Een selectie van geschikt bronmateriaal (je muziekopnames) speciaal voor kritisch luisteren is belangrijk om daarmee het karakter van een audiocomponent te kunnen doorgronden. Je wil je component liefst op alle, voor jou relevante aspecten van muziekweergave kunnen beoordelen. Als je bronmateriaal deze aspecten niet allemaal bevat, zul je ook niet kunnen weten hoe goed die kenmerken door het component kunnen worden gereproduceerd.

Als je bijvoorbeeld bij het beoordelen van twee eindversterkers alleen maar gortdroge audiofiele studio-opnames gaat beluisteren, zul je nooit weten hoe beide concurrenten zich tot elkaar verhouden op het gebied van akoestische afbeeldingsmaatstaf, geluidsbeeld, plaatsing en ambiënte weergave-eigenschappen die bijvoorbeeld in goede live-opnames volop verborgen zitten.
En als je uitsluitend
kamermuziek beluistert bij je beoordeling van luidsprekers, is het niet mogelijk om te weten hoe aspecten als (bas)dynamiek, impact, kracht en ritmische intensiteit worden neergezet.


Wanneer zulke kenmerken voor jou geen belang hebben is die relatief eenzijdige keuze voor het bronmateriaal natuurlijk prima! Als je echter voor
volledige karakteranalyse wilt gaan, is het zeer aan te raden om bij je kritische luistersessies terug te kunnen vallen op een representatief repertoire van muziek. Een repertoire dat liefst ook bekend voor je is. Binnen zo'n repertoire hoort dan ieder aspect dat van belang is voor je muziekweergave expliciet oproepbaar te zijn, in elk geval via tenminste één van de opnames. Bijgevolg kan die collectie dus ook muziekgenres omvatten die normaal gesproken buiten je favoriete selectie liggen.

Het gaat er in deze context allereerst om kritisch te kunnen luisteren naar eigenschappen en karakter!
Bij de samenstelling van deze collectie gaat het dus niet primair om luisteren voor het plezier alleen!

In de meeste collecties voor kritisch luisteren is altijd wel een opname van een volledig symfonie-orkest op volle sterkte opgenomen, maar evengoed dus ook kamermuziek, orkest met koor, solo piano, populaire vocalen, rock, blues en andere muziek met elektrische bas en bassdrum, wereldmuziek, jazz met akoestische (contra)bas en muziek met percussie en cymbalen.
Een aantal van deze opnames zou op een 'natuurlijke' (dwz akoestische) wijze moeten zijn geregistreerd. Dat impliceert dat de complete bezetting in één keer werd opgenomen, liefst ook met een minimale microfoonbezetting, met als doel
om zowel de muzikale als de ruimtelijke boodschap zonder kunstmatig ingrijpen en corrigeren vast te leggen. De term 'natuurlijke opnametechniek' wordt hier bewust als tegengesteld aan 'studiotechniek' gebruikt, waarbij uiteindelijk alle eventuele ruimtelijke informatie kunstmatig of na ingrijpende nabewerking tot stand is gekomen, en waarbij klankmatige correcties naar believen zijn toegepast om aan de criteria van de producer en de doelgroep te voldoen.

Speciale audiofiele opnames maken doorgaans melding van de methode waarlangs die opname tot stand werd gebracht. Ook wordt vaak een foto van deze ruimte op de hoes of inlay afgebeeld, alsmede iets over de toegepaste microfoonplaatsing en aanverwante voorwaarden. Je weet aldus waar in de zaal je ongeveer zit, als je thuis naar die muziek luistert. Leer zulke opnames goed kennen zodat je, als je de muziek terughoort via andere componenten of systemen, er snel een sonische handtekening van kunt maken.

Onder- en nevenstaande opnames maken deel uit van mijn persoonlijke repertoire voor kritisch luisteren.
Het is vooral de motivatie om de opname in het repertoire op te nemen die zijn nut kan hebben als leidraad bij de samenstelling van je eigen collectie. Op basis van die motivatie kun je dan beter andere, eigen opnames selecteren.

N.B.: onderstaande hoezen zijn aan te klikken voor een vergroting



  1. Louter voor de diepgang van de basweergave is het Requiem van Rutter een geweldige test. De pedaalnoten van het orgel reiken tot 16Hz, en stellen iedere luidspreker op de proef. Het stuk is verder ook goed te gebruiken als indicator voor het ruimtelijke beeld en de instrumentenplaatsing.

    Overigens is de weergave van het kerkorgel nogal lastig in verreweg de meeste thuissituaties en ook in behoorlijke muziekruimtes! Het geluidsbeeld zal snel dichtlopen en glazig gaan klinken, en daar is niet zelden ook de apparatuur debet aan. Maak daarom niet de fout om je karakteroordeel uitsluitend van orgelopnames af te laten hangen: mijn ervaring is dat als je in 1 op de 100 settings naar
    een realistische orgelweergave kunt luisteren je geluk hebt. Maar, zoals gezegd, kan zoiets voor het beoordelen van de diepgang van de laagweergave weer wel erg zinvol zijn.

  2. Het nummer "Wishing Well" van de CD Speaking in Melodies door Michael Ruff (Sheffield Lab label) maakt onmiddellijk duidelijk hoe het zit met dynamiek (bassdrum) en strakheid (basgitaar) in de onderste regionen, alsmede met tempo, ritme en timing. Een indicatie hiervoor is het gemak waarmee de bassdrum en de basgitaar samen aansluiten om het voortstuwende ritme van dit nummer voort te brengen. Sommige componenten vervagen deze samenwerking, en verminderen op die manier sterk het gevoel van drive en energie. Let ook speciaal op de articulatie van de basgitaar: hoe goed is elke noot afzonderlijk te horen en te volgen, met name gedurende de solo van de piano. Ook de snare draagt in dit nummer sterk bij aan de krachtige drive en dynamische impact van het lied. Zwakke dynamiek wordt duidelijk door een verminderd gevoel van attaque ("snap"; de snaar knettert niet zo dynamisch bij bepaalde componenten). Verder luister ik naar de "gladheid" van de achtergrondvocalen, de ruimte rond de blazers en de algehele tonale balans in de verhouding tussen de bekkens en de basgitaar. Dit is eigenlijk een zeer complete opname van één nummer, waarmee het goed mogelijk is om relatief snel te beoordelen wat een component goed, behoorlijk of minder goed doet op de meest belangrijke punten.
    Voor een subtieler oordeel zal er echter langer en gevarieerder moeten worden geluisterd.

  3. "The Drum Record", eveneens een cd van het Sheffield Lab label, legt de nadruk sterk op de weergave van transiënten, alsmede op het kenmerk van "tempo, ritme en timing" (pace, rhythm and timing). Het gaat hier uitsluitend om de laatste twee tracks -- solo drumkit.
    Ondanks dat een en ander muzikaal totaal oninteressant kan zijn, geven beide tracks wel een meer dan uitstekende indruk van het bovengenoemde kunnen van een geluidsinstallatie.
    Met name het vermogen tot impulsweergave wordt in deze overigens zeer goede geluidsopname tot grote hoogte verheven! Het zal een gemiddelde audioset zeer op de proef stellen...


  4. Akoestische gitaar is altijd een goede graadmeter voor transiëntprestaties en gebrek aan hardheid van een te testen component. Het instrument moet niet overtrokken worden met een metalige hardheid die de transiëntkarakteristiek van de snaren benadrukt, ten koste van de body van het instrument. Sommige luidsprekers voegen een onnatuurlijk randje toe, dat de indruk wekt dat er meer detail hoorbaar is of dat er sprake is van een 'schoner' geluid. Toch zal een dergelijke presentatie al snel vermoeiend worden. Er behoort wel degelijk de levendigheid aan het karakter van de transiënten te zitten waaraan het instrument zijn levendigheid dankt, samen met een snel verval van de aanvankelijke aanzet. De energie-opslag in een luidspreker (de luidspreker slaat mechanische energie op in de units of de behuizing) wordt na een minimaal tijdsverloop weer vrijgemaakt als akoestische energie en wordt onmiddellijk hoorbaar bij goed opgenomen akoestische gitaar — deze moet levendig zijn zonder enige randscherpte.
    Drie zeer goede akoestische gitaaropnames zijn de
    direct gesneden LP van Michael Newman, Guitarist (Sheffield Lab), Ralph Towner op de Oregon cd Beyond Words (Chesky) en A meeting by the river met Ry Cooder en V.M.Bhatt (Water Lily Acoustics).

  5. Voor wat betreft macrodynamiek gaat er niet snel iets boven de dynamische contrasten en de impact op de onderbuik van de track 'Lauds' van 20e-eeuws componist Ron Nelson, te vinden op de HDCD Holidays & Epiphanies (Reference Recordings). In deze uitvoering van het 'Dallas Wind Symphony' orkest o.l.v. Jerry Junkin worden alle registers opengetrokken in met name de climaxen van dit stuk.
    Deze opname is een ultieme test voor het macrodynamisch bereik van een geluidsinstallatie.
    De CD laat eveneens horen in welke mate het weergeefsysteem eventueel zou dichtslaan naarmate de druk geleidelijk wordt opgevoerd. Luister ook of het prachtig gelaagde geluidsbeeld degenereert tot een onverschillige muur van geluid, en let op de instrumentale timbres bij de muzikale uithalen: hardheid in de weergave ontstaat gemakkelijk bij zoveel blazers....

  6. Nog zo'n opname die al snel tot een rommelig geheel kan worden gereduceerd als het systeem de veelheid van timbres niet aankan is Frank Zappa's The Yellow Shark (Rykodisc).
    De uitvoering is door het Ensemble Modern in nauwe samenwerking met de maestro zelf.
    Deze cd geeft vorm aan Zappa's (laatste actieve) bijdrage aan de 20e eeuwse "serieuze muziek", en bevat zulke complexe arrangementen, dat iedere versmering door het weergavesysteem onmiddellijk de hoorbaarheid van al die fascinerende ingewikkeldheden reduceert tot een ondoorzichtige brij.
    Insiders zullen gemakkelijk het merendeel van de stukken herkennen, aangezien ze eerder al door
    'the Mothers of Invention' met de nodige virtuositeit werden neergezet.
    Dit arrangement voor een (erg groot) kamerorkest wordt ook bijzonder goed opgevoerd door het Ensemble.

  7. Om te kunnen beoordelen of de plaatsing van een luidsprekersysteem goed wil integreren met de luisterruimte, maar ook voor de beoordeling van de coherentie tussen een subwoofer en de hoofdluidsprekers is de track, 'Why don't you go back to the woods' van Jerry Douglas, Russ Barenberg en Edgar Meyer op het album Skip, Hop & Wobble (Sugar Hill) bijzonder geschikt.
    Meyer's virtuoze basspel voert hem langs het complete tonale bereik van het instrument, waardoor alle soorten van onregelmatigheden in de basweergave en door de ruimte zelf opgeroepen traagheid in de lagetonenweergave direct hoorbaar zullen worden. Gebrekkige plaatsing van de luidsprekers kan hiermee ook duidelijk worden, als bepaalde bastonen eruit springen en a.h.w. langer blijven hangen in de ruimte. Dit berooft het basspel van definitie van toonhoogte (ééntoonbas) en van de lenigheid en rapheid die er wel degelijk is.

  8. De prestaties van een systeem of component ten aanzien van het oplossend vermogen (het weergeven van fijne details in relatie tot de rest van de muziek) worden op de proef gesteld in The Oxnard Sessions, Vol.II (Reference Recordings) van pianist Mike Garson. Luister bijvoorbeeld naar de kwastjes op de snare bij het nummer 'All Blues'; goede systemen laten de individuele 'kwastharen' duidelijk afzonderlijk bewegen op het vel. Systemen van mindere kwaliteit leggen een waas over het geluid, zodat het moeilijker wordt om echt te horen langs welke weg zulke subtiele geluiden precies tot stand komen. Je weet dan wel dat het kwastjes zijn, maar niet omdat je dat hoort dankzij het oplossend vermogen. Je weet het, omdat het geluid het meest past bij drumkwastjes, omdat men nu eenmaal die dingen gebruikt voor dergelijke ritmische effecten. Luister ook eens naar het prachtige aureool van ruimte dat rond de sax hangt op 'A Song for You' en naar het algehele gevoel van spontaan muziek maken, dat aan deze opname haar muzikale en sonische magie verleent. De opname is verkrijgbaar op vinyl of HDCD.

  9. Hoe verschrikkelijk lastig het kan zijn om het volle dynamische bereik van een vleugel correct weer te geven, zou kunnen blijken uit de elpee, SACD of CD, Midnight Sugar van het Yamamoto Trio (Three Blind Mice label tbm-23).
    Hier wordt zeker ook het oplossend vermogen van een geluidsinstallatie volledig op de proef gesteld, door het vaak subtiele drumspel en de zachte pianopassages. De plaatsbaarheid van het geluid, in deze oorspronkelijk al in 1974 gemaakte analoge opname, is eveneens fenomenaal.
    De fortissimo's van het pianospel doen een uiterst beroep op het vermogen om de weergaloze transiënten zonder kleuring neer te zetten. Het
    macrodynamische bereik van deze opname omvat, ondanks de kleine bezetting alles, van uitermate ingetogen, teruggehouden en zacht tot voluit met slechts drie man. Bas, drums en piano in alle eenvoud, maar toch erg moeilijk om overtuigend weer te geven!

  10. Het zijn op het eerste gehoor vooral ruimtelijke en ambiënte aspecten die prachtig tot uitdrukking komen in de twee live albums van het Hadouk Trio: "Live á FIP" & "Live au satellit café" (de laatste is 1 van de 2 cd's van het album "Utopies".
    Maar dat is alleen op het eerste gehoor. Er is een prachtig, subtiel en origineel gebruik van vele percussie-instrumenten, een spel dat op zichzelf de moeite waard is, en waarmee met name de treble-weergave uitstekend op waarde kan worden geschat.
    De ver-reikende en subtiele hoogweergave wordt in deze uitstekend opgenomen live-registraties ook duidelijk gedragen door de ruimte zelf, wat zich bij de betere weergave zal uiten in een fraaie "omhulling".
    Tonaal maken de albums ook indruk door de niet-alledaagse instrumentenkeuze. Er is volop dynamiek in de geblazen instrumenten, met name in de dudouk, maar ook in de virtuoze percussie. Er is daar ook kracht en slagkracht.
    Er is diepgang en contour in de weergave van het basspel -- een merkwaardig snaarinstrument, genaamd "hadjouj". Er zijn sterke transiënten dankzij de kora en er is snelheid. Alles gaat hand in hand met de virtuositeit van drie musici, die een prettig en vriendelijk geluid laten horen zonder zich te verliezen in technische blabla.

  11. Een aloude bekende en audiofiele opname van de vrouwelijke stem is Jennifer Warnes' Famous Blue Raincoat. Het is inderdaad ook een erg mooie opname...
    Maar luister dan, ondanks alle mogelijke weerzin door de latere cliché's, beslist ook naar een zich nog vroeg in haar carrière bevindende
    Diana Krall op haar CD/SACD Love Scenes (Impulse!).
    Haar stem bereikt een mate van zuiverheid en presentie die onmiddellijk het algehele perspectief van een systeem laat horen, alsmede de zuiverheid van de middenweergave en de mate waarin korrel en harde texturen geïntroduceerd worden. De minimalistische begeleiding van een gitaar en een contrabas kunnen een gebrekkige geluidsinstallatie volledig op het verkeerde been zetten door, met name op de gitaar, kleuring te introduceren. Ook kan een ruimte zelf genadeloos door de mand vallen op het punt van kleuring (akoestische nagalm), maar wanneer dit alles niet aan de orde is zul je verrast worden door een album dat je misschien ook emotioneel zal kunnen beroeren.

  12. Een referentie op het gebied van transiëntweergave, impulsweergave, dynamiek (macro zowel als micro) en detaillering is de CD 4'33" van de Amadinda Percussion Group (Hungaroton).
    Op deze cd worden spannende stukken van Edgar Varèse, Carlos Chávez en John Cage ten gehore gebracht. In de meeste van die stukken wordt een veelheid aan bespannen, houten, metalen en andere percussie-instrumenten gebruikt, waaronder grote trommen en enorme gongen. Transiënten, impulsen, dynamische informatie en detaillering worden geacht van onberispelijke kwaliteit te zijn, en wel door heel het freqentiespectrum heen. Als deze kwaliteiten gehandhaafd blijven en het geluidsbeeld de vereiste openheid blijft behouden, dan worden ook de fenomenale ruimtelijke kwaliteiten van deze opname hoorbaar.

    Een nadere verkenning van het m.i. ondergewaardeerde 'Hungaroton'-label kan overigens ook voor andere soorten van muziek de nodige eureka-ervaringen met zich meebrengen...




Er is nog zoveel meer, maar als selectie is bovenstaand overzicht tamelijk compleet...
Het is ook mogelijk om bij hifi speciaalzaken geselecteerde, audiofiele muziekopnames te kopen. Deze vorm van verkoop werd door die zaken nooit erg serieus genomen, zodat de keuze waarschijnlijk erg beperkt zal zijn. De echt goede platenspeciaalzaak, waarvan de meeste grote steden er nog wel één zullen hebben, zijn meestal voorzien van een kleine collectie audiofiele opnames (hoewel zij die meestal niet als zodanig rubriceren, maar onderbrengen bij het muziekgenre.
Tenslotte is vinyl intussen weer helemaal terug van nooit-weggeweest. Via internet zijn speciale 180grams persingen volop te koop. Ook is er nog best een redelijk aanbod aan sacd's verkrijgbaar als je goed zoekt.

Het is evenwel mijn ervaring dat het medium zelf niet doorslaggevend is voor kwaliteit en luisterplezier. Dat komt omdat ik zelf heb kunnen beluisteren hoe goed redbook (CD) KAN zijn. Ook op het gebied van hi-res audiostreaming valt nog het nodige te ontdekken. Bronmateriaal genoeg!




















































en dan zijn er nog opnames die
overtuigingskracht en betrokkenheid
overbrengen...





Solo-Presentatie....
Waar is dat nu goed voor?


De methode van analytisch luisteren waarover tot nu toe steeds werd gesproken, zal je allerlei specifieke geluidskenmerken onthullen van componenten
in relatie tot elkaar!
CD-loopwerk A realiseert een diepere basweergave, een gladdere treble en een geluidsbeeld met meer diepte dan loopwerk B, dat op zijn beurt duidelijk meer 'innerlijke details' laat horen, alsook een betere (snellere) transiëntweergave en een scherper geplaatst geluidsbeeld.
Zoiets...

Deze methode van kritisch luisteren vertelt je zodoende heel veel,
zo niet alles, over de sterke en zwakkere punten van een component.
Maar ze vertelt je helaas
nog niet het complete verhaal.
Wat er nog aan ontbreekt in de kritische analyse is
HOE
een product
je gevoel ten aanzien van de muziek kan beïnvloeden.


Dwaalt je geest af? Denk je al aan wat je hierna gaat doen?
Of wordt je sterk
in de muziek getrokken; speel je plaat na plaat af, tot laat op de avond en diep in de nacht?
Het vermogen om uitdrukking te geven aan muziek, op een manier die je ertoe aanzet steeds maar door te gaan met luisteren, heet daarom terecht
de overtuigingskracht / betrokkenheid die een product weet op te roepen.

Overtuigingskracht en betrokkenheid worden hoogst zelden in voldoende mate ervaren
tijdens A/B vergelijkingen en luistersessies waarbij het element "
rust / ontspanning" onvoldoende grip krijgt op de luisteraar.

Dat ligt niet aan het principe van de A/B-vergelijking!
Rust en ontspanning komen namelijk
niet vanzelf en onmiddellijk op de voorgrond.

Deze kenmerken van overtuigingskracht en betrokkenheid kunnen evenmin worden omschreven
in termen van specifieke geluidskenmerken of vast omlijnde sonische attributen.

De fundamentele eigenschap van een audioproduct om
op langere termijn
muzikale bevrediging te schenken
kan pas ontrafeld worden
als je voor je plezier luistert naar muziek, geselecteerd op grond van
inhoudelijke kenmerken,
maar niet speciaal voor de geluidskwaliteit of het audiofiele karakter van de opname.

Bij de bovenstaande selectie van voor kritisch luisteren geschikte opnames gaat het,
voor wat betreft die o zo belangrijke maar nauwelijks tastbare
"inhoudelijke kenmerken",
bijna uitsluitend over de voorbeelden die ik, zonder commentaar, in de rechter kolom plaatste...


Het ontleden van muziek ten einde specifieke geluidskenmerken te kunnen beoordelen, zoals in A/B vergelijkingen gebruikelijk is, verhindert -- in elk geval tijdelijk -- je gevoeligheid voor ontvangst van een onderliggende muzikale boodschap.
Betrokkenheid kan alleen tot stand komen als je muziek als een totaal ondergaat.
Het werkt niet als je het beleeft als een verzameling van sonische onderdelen.

Als je hierin herkenning ontwaart, kan het misschien zinvol zijn om ook eens het artikel
'Tussen de Oren' te lezen.
Dit (psychologische) gegeven is meteen ook de reden dat niet al je kritische luistersessies uitsluitend uit A/B/A vergelijkingen moeten bestaan, maar ook uit
solo-presentaties en luistersessies die uitsluitend voor het genoegen worden ondergaan.

Solo-presentatie luisteren is simpelweg het gedurende een langere tijdsperiode beluisteren van een product dat moet worden geëvalueerd — dagen of weken in plaats van minuten en uren — en dit met een oor dat zich (bewust) onbewust is van de invloed van het product op de louter sonische aspecten.

Luisteren voor het genoegen omvat geen overpeinzingen aangaande het geluid. Hoogstens (en desgewenst) alleen betreffende de muziek zelf. Als je jezelf na een lange luistersessie opgevrolijkt, opgeladen en/of voldaan voelt, dan mag je aannemen dat het product in staat is om ook de muzikale expressie en betekenis overtuigend over te dragen.

Dit is wat mij betreft en zonder twijfel de allerbelangrijkste graadmeter voor kwaliteit in een audiocomponent.

Er is natuurlijk wel degelijk een (ietwat los) verband
tussen
de geluidstechnische prestaties van een component,
zoals die duidelijk konden worden aan de hand van kritische luistersessies,
en
de overtuigingskracht en betrokkenheid die het apparaat weet op te roepen
tijdens het luisteren voor het genoegen.


Duidelijke en kritische
tekortkomingen, zoals een korrelige treble, harde texturen of een platgeslagen geluidsbeeld zullen je vaak zodanig ver van de muziek kunnen weghouden, dat een diepere betrokkenheid op langere termijn niet mogelijk zal zijn.
Hieruit blijkt eens te meer dat het dus vooral gaat om het
doen verdwijnen van de apparatuur,
opdat alleen de muziek overblijft.
Zo zou "
de Heilige Graal van high-end audio" er ongeveer uit kunnen zien...






























Procedure voor de Calibratie
van het geluidsvolume

Tenslotte volgt hier dan nog de beloofde methode voor de calibratie.
Deze procedure is identiek voor alle elektronische componenten, van CD-speler en digitale processor tot voor- en eindversterker.

  • Speel allereerst een stuk muziek af, en stel het volume in op een realistische geluidssterkte.

  • Speel vervolgens (met behulp van meetsoftware of een test-cd) een zuivere toon van 1kHz af, zonder het zojuist ingestelde volume te wijzigen. Meet nu het voltage dat over de luidsprekerterminals staat, terwijl de toon wordt afgespeeld.
    Noteer deze waarde. Plak dan een stukje tape op het frontpaneel van de voor(versterker), of markeer de stand van je volumeregelaar zorgvuldig op een andere manier.

  • Speel, nadat het component is beluisterd en werd omgewisseld voor het andere component waarmee moet worden vergeleken, opnieuw de 1kHz toon af, en breng de over de terminals gemeten waarde in overeenstemming met de eerste meetwaarde, zoals die bij het eerste component werd vastgesteld.
    Dit doe je door aan de volumeregelaar te draaien en deze wederom te markeren
    op de voor het tweede apparaat correcte volumestand.
  • De twee markeringen zullen nu, bij gebruik van het corresponderende apparaat A of B, gelijke geluidssterktes moeten opleveren.


Calibratie van het geluidsniveau is vanzelfsprekend overbodig wanneer je producten vergelijkt die geen invloed uitoefenen op de geluidssterkte.
Hieronder vallen analoge en digitale interlinks, luidsprekerkabels, CD-
loopwerken, cd-'tweaks', conditioners voor de netspanning, netsnoeren, spikes, kegels, dempers, racks en stands.

In het ideale geval maak je de geluidssterkte tussen producten onderling gelijk binnen 0,2dB, maar liever nog binnen grenzen van 0.1dB.
Om het verschil in dB te berekenen tussen twee gemeten voltages is alleen een rekenmachine met "log-functie" vereist.

Dat gaat zo:
Stel eerst de verhouding tussen de twee gemeten voltages vast, door het ene voltage door het andere te delen.
Vind vervolgens de logaritme van die verhouding, door het indrukken van de 'log' knop op de rekenmachine (uiteraard terwijl het resultaat van de deling op het scherm staat!).
Vermenigvuldig dit getal tenslotte met 20 en je hebt het verschil in dB's tussen de twee voltages.


Voorbeeld:
Als je 2,82V over de luidsprekerterminals hebt gemeten met digitale processor A en 2,88V met processor B, beide na het calibreren van het volume, dan deel je eerst 2.88 door 2.82 wat de verhouding 1.0213:1 oplevert.
Druk vervolgens op de 'log' knop van de rekenmachine met 1.0213 op het display, en vermenigvuldig het resultaat (0.00914) met 20 voor het antwoord:
de geluidsniveau's liggen hier binnen 0.18dB van elkaar; voldoende voor betrouwbare vergelijkingen.



Toine Dingemans, 7 januari 2018.



naar boven