ReadScapes


Een Basprobleem?
over akoestisch bass-management
en de soms grappige rol van het audio-referentiekader


door ThingMan - November 2005
herziene versie: ©2017 - 23 augustus - ThingMan

Dit artikel werd eveneens gepubliceerd door HIFI.NL -- klik HIER





"... ik heb nog een basprobleem",
zei het mailtje.

Mailtjes hadden vroeger wel vaker zo'n aanhef,
maar deze was opvallend, omdat ie van Arthur kwam...









Bass-Management
De peiler waarop
de akoestische infrastructuur van een muziekruimte het zwaarst leunt is die van beheersing van nagalmtijd. Correcte beheersing van frequentie-afhankelijke nagalmtijden in een muziekruimte gaat verder dan het dempen van middentonen en absorptie van hoge frequenties middels standaard-poreuze materialen uit de bouwmarkt.
In dit artikel wil ik iets vertellen over nagalmbeheersing in de onderste vier octaven, en wel aan de hand van een anecdotische ervaring uit de praktijk. Bij deze ervaring speelt tegelijkertijd ook het audiofiele referentiekader van de luisteraar (in dit geval de afzender van het mailtje) een doorslaggevende rol.

Nagalmbeheersing in de onderste vier octaven van het muzikale spectrum wordt ook wel "bass-management" genoemd, en omvat altijd het gebruik van akoestische elementen die doorgaans over een flink volume moeten beschikken.

Hiervan zijn er vier min of meer relevant voor akoestiek-thuis:

  1. Afgestemde basstraps (geperforeerd plaatmateriaal, lattenabsorbers of kant-en-klaar);
  2. Afgestemde wandpanelen (geperforeerd plaatmateriaal);
  3. Afgestemde plaatabsorbers (niet-geperforeerd plaatmateriaal);
  4. Tube traps.

Dit zijn vier tamelijk verschillende groepen hulpmiddelen. Allemaal moeten ze het wel steeds hebben van een holle ruimte achter de akoestisch actieve voorzijde. Maar wat één principe goed voor elkaar krijgt lukt het andere soms niet of minder goed, en omgekeerd. Een afgestemde basstrap is bijv. uit de aard der zaak nooit een breedbandig absorberend element, maar dankzij die afstemming juist smalbandig opererend. Ook is een afgestemde basstrap, in de vorm van de lattenabsorber, het enige zelf te bouwen akoestische element dat in staat kan zijn om echt lage frequenties onder 50Hz met succes te corrigeren.
Een tube trap is daarentegen allesbehalve een 'afgestemd' en smalbandig opererend element! Het is veel meer een breedbandige absorptiemaatregel voor het midlaag, en zijdelings een beetje voor het echte laag.

Uitgesproken en/of smalbandige problemen binnen het basgebied vereisen meestal afgestemde oplossingen, waartegen een tube trap niet opgewassen is. Breedbandige problemen in het laag kunnen dan weer wel gemakkelijk met breedbandig absorberende tube traps worden aangepakt. Afhankelijk van de situatie ter plaatse kan dit ook met een reeks (cascade) van afgestemde basstraps en paneelabsorbers, die elkaar met 1/3 oktaaf overlappen in het volledige frequentiegebied tussen 35 en 300Hz.

Bass-management is in feite het naar behoeven toepassen van één of meer van de bovenstaande vier akoestische elementen, om zo door hun combinatie de nagalmtijd voor frequenties lager dan 300Hz terug te dringen tot aanvaardbare waardes. Doorgaans liggen die rondom een halve seconde voor ruimtes in thuissituaties. Een correcte waarde ligt, hoewel mede afhankelijk van de inhoud en het gebruiksdoel van de ruimte, altijd wel onder de hele seconde voor alle frequenties onder 300Hz.
Hogere frequenties beschikken soms over een nog kortere nagalmtijd, tussen 0,2 en 0,6 seconde.



naar boven



"Ik heb nog een basprobleem..."
Dit was de strekking van een mailtje dat lang geleden in mijn mailbox verscheen.
Overigens een aanhef die in veel andere mailtjes ook tot uitdrukking kwam, maar deze viel des te sterker op omdat ie van Arthur kwam. Arthur zou intussen
klaar moeten zijn met zijn akoestiek, en daarmee ook met de oplossing van eventuele laagproblemen...

Arthur is een bestaande klant met een fictieve naam, die ruim een jaar geleden (dat was nog ergens in 2004) door SoundScapeS een thuisbioscoop op zolder liet ontwerpen. Hij heeft welbewust kosten, maar geen enkele moeite gespaard om hierin zo ver mogelijk te gaan als de ruimte hem toestond.


Luisterplaats, zijwand en achterwand in Arthur's bioscoop- en stereoruimte


Door zijn kostenbarende ambities kon Arthur het zelf bouwen van noodzakelijke maatregelen niet vermijden! Er is o.a. ruim aandacht besteed aan serieuze diffusie in deze ruimte. De invloed (signatuur) van de schuine wanden is weliswaar
niet volledig uit te bannen, maar bleek toch wel grotendeels te neutraliseren middels goede reflectiebeheersing - in de praktijk komt dat hier neer op diffusie rondom.

Tegelijk werd natuurlijk ook veel aandacht gegeven aan het bass-management in deze ruimte. Dat moest ook wel, vanwege het grote formaat van de gebruikte hoofdluidsprekers (stereo) en het aanvullende gebruik van subwoofers, ter ondersteuning van filmgeluid (meerkanaals, 7.2).
Het bass-management werd deels gerealiseerd door de twee schuine uiteinden (punten) van de ruimte als afgestemde basstraps uit te voeren. Een andere belangrijke bijdrage aan de absorptie van lage middentonen levert het dakbeschot zelf. Het verhoudingsgewijs enorme oppervlak aan dakbeschot vormt in deze ruimte namelijk een serieuze
natuurlijke plaatabsorber, die aantoonbaar krachtig absorbeerde in een tamelijk nuttig, maar smalbandig frequentiegebied (100 tot 300Hz). Van deze eigenschap van de bestaande constructie (= natuurlijke absorptie) kon nuttig gebruik worden gemaakt in Arthur's ruimte.

De foto hieronder toont de luisterzone en het achterste deel van de ruimte. De zijwanden zijn plaatselijk bekleed met een breedbandig absorberende akoestische plaat met lage lichtreflectie. Dat laatste tbv de beeldprojectie, die liefst geen hinder zal ondervinden van lichtreflectie via nabijgelegen (wand)oppervlakken.

De schuine wand achter en boven de luisteraar is voor een belangrijk deel met diffusers behangen. Daar waar geen diffusie zit, wordt eveneens de akoestische wandplaat toegepast.
De staande achterwand met de twee rear-speakers is uitgevoerd als een afgestemde basstrap (lattenabsorber) met een diepe, grote en driehoekige holle ruimte erachter. Deze voegt veel absorptievermogen toe in het frequentiegebied waar de constructie van het dakbeschot niet in kan voorzien, namelijk onder 100Hz.
Op de vloer ligt laminaat...


Achter de zitbank is veel vrije ruimte gelaten in deze opstelling.
Hierdoor kan zich een correcte ambiance ontwikkelen bij stereoweergave.
Boven de rear-speakers is om deze reden diffusie toegepast:
de volle breedte van de ruimte is als diffuseroppervlak uitgevoerd.




De foto hierboven laat zien dat niet alleen de bank maar ook de hoofdluidsprekers tamelijk ver naar voren staan. Dit is het resultaat van Arthur's zelf geoptimaliseerde opstelling, tot stand gekomen tijdens 6 maanden van experiment. Er is in het kameruiteinde waar je nu naar kijkt eveneens een (kleinere) afgestemde basstrap ingebouwd.



De zijwanden zijn tussen de luidsprekers en de luisteraar kamerhoog diffuus gemaakt; dat is in
onderstaande foto te zien. Ter hoogte van en achter de luidsprekers is op de schuine wanddelen gebruik gemaakt van diffusie in de belangrijke vroege reflectiezones, en daarbuiten van de reeds genoemde akoestische wandplaat. Deze werd direct op de ondergrond geplakt. Opzij van en achter de luidsprekers is bewust gekozen om de wand akoestisch hard te laten. Temidden van zoveel diffusie zullen de reflecties van die harde wanddelen zeker getemd worden en lang niet alle reflecties moeten echt weggeabsorbeerd worden!

Overigens kan één van de twee onderste diffusers aan de schuine wand opzij schuiven, zodat het eronder liggende tuimelraam vrijkomt en kan worden geopend. Ook kan één van de grote zijwanddiffusers opzij worden geschoven zoals een schuifdeur, hoewel niet aan deze zijde, aangezien hierachter de toegangsdeur tot de ruimte is verscholen. Een luchtbehandelingsunit is door dit alles onvermijdelijk geworden, temeer omdat een zolderruimte toch al fors kan opwarmen en afkoelen gedurende de verschillende seizoenen.

 

Al met al kun je wel stellen dat Arthur zich een heleboel serieus werk op de hals haalde door een zo compromisloos mogelijke akoestische infrastructuur te willen realiseren.
Je begrijpt nu ook dat ik zijn opmerkingen over een basprobleem uiterst serieus nam, toen het mailtje arriveerde. DAT lag nu juist niet meer in de lijn van redelijke verwachtingen, gezien de grondigheid waarmee we het ontwerp in overleg hebben vormgegeven.
Hieronder is Arthur zelf aan het woord.
Interessant ook om een idee te krijgen wat er bij de bouw van zijn ruimte kwam kijken:

"Het heeft een hele tijd geduurd, bijna 8 maanden, sinds ik van jou de definitieve uitwerkingen op papier had van de HT ruimte op zolder. Met name de bouw van de 20 diffusers was een zeer tijdrovend karwei, ik was blij toen ik ze eindelijk klaar had!!! De rest van de ruimte heb ik in delen afgewerkt, te beginnen met de basstraps, toen een algehele schilderbeurt en daarna de plaatsing en het schilderen van de diffusers. Daar achteraan nog de wandpanelen, die ik in gedeelten heb bevestigd om niet te snel teveel demping in de ruimte te krijgen.

Het einde van het verhaal is dat ik uiteindelijk toch alles hebt aangebracht waar jij in de uitgangssituatie vanuit bent gegaan. Tot slot heb ik veel aandacht besteed aan de afwerking, ook mbt het realiseren van schuivende constructies voor het dakraam en de entree van de ruimte waar een hoge diffuser gepland stond. Het zal voor jou niet zo makkelijk zijn het hele project nog voor de geest te halen, gezien de lange tijd dat ik niets van me heb laten horen. Maar het resultaat mag zeker gezien worden en mijn vrouw en ik zijn er apetrots op.
(Overigens heb ik altijd alle dossiers van alle projecten bij alle klanten, incl. het emailoverleg, bewaard voor toekomstige referentie. Zelfs nu nog, in 2017...).

De kleine 1000 uur die in het hele project zitten (inclusief de bouw van de speakers) hebben ertoe geleid dat ik eerst een lange vakantie heb genoten. Tot slot nog de vloer eruit gehaald en vervangen door laminaat met tegeldecor.

Een klein minpuntje is dat er nog wel een resonantie in de bas zit, weliswaar een heel stuk minder dan voor de basstraps. In de toekomst wil ik hier nog wel eens naar kijken, misschien dat varieren met de openingen tussen de latten van de bastraps hier een oplossing voor bieden."

Door dit bericht werd duidelijk dat het goed zou zijn om met de meetspullen langs te komen voor een evaluatie achteraf. Het is altijd een feestje geweest om een voltooid project nog eens in de werkelijkheid te kunnen gaan zien en beluisteren. Ik was wel benieuwd naar het eindresultaat van de soms monnikenwerk vereisende maatregelen, die ik onder het genot van koffie met iets lekkers zomaar kon komen voorstellen...
Dit zijn ook
verhelderende bezoeken. Zo ook dit bezoek, waarbij behalve bass-management ook het referentiekader waarmee je luistert ineens een grappige, maar doorslaggevende rol blijkt te kunnen spelen...



naar boven



Luister en huiver...
En zo reisde ik op een zaterdag naar Arthur thuis, om op zolder naar muziek en een basprobleem te gaan luisteren, en eveneens om te gaan meten wat er dan te horen is. Bij voorkeur
eerst luisteren en pas dan gaan meten... Een meting kan wel een luistersessie kleuren, maar een luistersessie kan nooit een meting kleuren...

Het is eerlijk gezegd maar heel sporadisch voorgekomen dat ik echt getrakteerd werd op een muziekbelevenis die niet alleen compleet, maar ook muzikaal meeslepend is, en waar je graag veel te vaak voor thuisblijft en veel te laat voor naar bed gaat.
Arthur's hardware is daarnaast het bewijs dat er in de verste verte geen astronomische bedragen hoeven te worden uitgegeven om deze muzikale overtuigingskracht te realiseren...
...alhoewel 1000 werkuren voor het bouwen van de ruimte en de speakers bepaald ook niet niks is...


De ruimtelijke afbeelding die voor mij wordt neergezet is prachtig scherp en ademt in drie dimensies. Breed, maar niet afgeplat; diep, maar niet versmald. Ook in de hoogte klopt de schaal, die geen hinder lijkt te ondervinden van het driehoekige ruimteprofiel.
Inmiddels weet ik dat ruimtes, waarin doordacht goede diffusie werd toegepast, per definitie een beeld van ruimtelijke grootsheid op kunnen roepen. Het indirecte geluidsveld komt niet alleen tot leven, maar wordt op een natuurlijk aandoende wijze verweven met het directe geluidsveld.
Geloofwaardig geluid!!!

Er is hier de schijnbare afwezigheid
van fysieke muren...

Het realiseren van een levende, met het directe geluid geïntegreerde ambiance (indirect geluidsveld) stelt liefhebbers voor één van de "final frontiers" die je in de thuisaudio kunt tegenkomen.
Eén die bovendien ook in 2017 nog hoogst zelden doorbroken blijkt te worden, ondanks dat de prijsvan de hardware zelf hier weinig of geen invloed op uit kan oefenen. De toestand van de akoestiek ter plaatse kan dat juist des te meer, en in het bijna standaard gebrek aan aandacht hiervoor zou weleens de verklaring kunnen liggen voor het gegeven dat het bovenstaande als een "final frontier" wordt ervaren, niet zomaar te doorbreken.




Dan het klankbeeld.... dat is simpelweg evenwichtig en dringt
nergens op, ook niet in het laag!
Kritische stemmen blijven mooi schoon en dat is dan een even groot compliment voor zowel de hardware als voor de akoestiek. De ruimte verwerkt moeiteloos en
binnen "no-time" de erin opgewekte akoestische energie, en laat zich nooit verzadigen, zelfs niet op zeer hoog volume.

Als ik mezelf eenmaal de rust gun dat er weinig aan de hand is met de muziekbeleving, merk ik ook dat ik niet meer gericht hoef te zijn op analyse van het geluid, en het beluisteren van muziek die Arthur me voorzet voorrang kan geven. Ik realiseer me op dat moment al wel wat ik straks tegen Arthur ga zeggen, zelfs nog voordat ik zal gaan meten! Ik wil best nog naar meer
"probleemopnames" luisteren, maar weet nu feitelijk genoeg, want het probleem kan worden benoemt. Daar veranderen andere 'probleemopnames' nu niets meer aan.
Waar de eventuele 'zwakheden' van een set zomaar verdwijnen in diens sterke punten, daar wordt de aandacht naar de muziek getrokken. Daar waar diezelfde zwakheden merkbaar 'afsteken' in het geluidsbeeld, daar is automatisch ook aandacht voor geluid. Ik laat me trakteren op
nog meer muziek, en merk dat ik helemaal niet wil gaan meten...

"Doe ook maar een mooie meerkanaals sacd, Arthur", verzoek ik op een gegeven moment. Pink Floyd, Dark Side of the Moon. De meerkanaals-remix van het nummer Money maakt dat je datgene zou horen wat de drummer achter het drumstel hoort, temidden van de andere muzikanten. Dat gevoel van eenheid en het samenvloeien van voor-, achter- en zij-ambiance is iets dat zowel bij meerkanaals- als bij tweekanaalsopnames voor een grote mate van realisme en betrokkenheid zorgt. ALS het er is!
Het zorgt eveneens voor muzikale overtuigingskracht, omdat dit aspect altijd ook samengaat met
levende weergave van akoestische muziek. De herkenning van een stuk realisme uit het echte leven in elektronisch weergegeven muziek brengt vanzelf een stuk overtuigingskracht mee, en er is dan ook vanzelf steeds minder aandrang tot analyse van geïsoleerde geluidstechnische aspecten.

De impact van akoestische optimalisatie is in audiofiele kringen (zowel destijds in 2005 als thans in 2017 ) nog zodanig zeldzaam, dat de meeste luisteraars zich in feite ook niet kunnen realiseren wat ze missen, aangezien ze het nooit in een thuissituatie hebben kunnen horen.

Die zaterdagmiddag bij Arthur heb ik in elk geval geleerd, dat een tamelijk bescheiden hardware ontzettend realistisch en overtuigend kan klinken, simpelweg door de afwezigheid van een aantal zaken die -- blijkbaar halfbewust -- dat realisme normaal gesproken altijd verstoren in de thuissituatie. De schijnbare ruimte uit de muziek is, afhankelijk van de opname, groter of kleiner dan de fysieke ruimte zelf. Als Arthur nog een meter of anderhalf meer lengte zou hebben gehad om zijn luidsprekers verder van de luisterplaats weg te zetten, zou er helemaal een geluidshemel op aarde zijn geweest...



En het Basprobleem dan?
De grote meerwegluidsprekers staan hier relatief dicht bij de luisterplaats -
dat is beslist een compromis dat Arthur heeft gesloten. Het zijn inderdaad niet de kleinste luidsprekers.
Die plaatsing is tegelijkertijd ook verantwoordelijk voor het prachtige ruimtebeeld en de ongekleurdheid van de klank en bovendien het resultaat van optimalisatie door Arthur zelf, dus...
"never change a winning team!"
Lekker laten staan, of in elk geval goed markeren of noteren, voordat je eventueel verder gaat met te proberen of de opstelling mogelijk nog beter kan...


de relatief korte luisterafstand: Arthur's enige te sluiten compromis...


Maar
een basprobleem heb ik tijdens het luisteren niet werkelijk gehoord...

Wat ik
gelukkig wel heb kunnen horen in Arthur's "probleemopnames" is
het karakter van die opnames.
Er was speciaal één nummer bij, dat het probleem echt blootlegde, zoals een eye-opener dat doet.

Dat nummer begon zacht en met weinig instrumenten, maar al wel gelijk met een hele krachtige baslijn. Echt heel krachtig -- gewoon overdreven vanuit muzikaal standpunt, want opnametechnisch zo beslist. En één van de tonen in die geïsoleerd klinkende baslijn ging een dB of drie harder dan de overige.
Dit vatte "de resonanties" samen, waarnaar Arthur verwees.
Naarmate het nummer zich ontwikkelde vielen er steeds meer instrumenten met hun volume en timbre bij, waardoor de obstinate baslijn steeds meer versmolt met de rest van de muziek. Het vreemde aan de opname is eigenlijk vooral dat de baslijn van het begin af aan zo
hard werd neergezet in de eindmix, maar dat is een keuze van de geluidstechnicus of de producer.

Hoe dan ook, ik hoorde nog niet zo heel vaak een prettigere en meer contourrijke basweergave in zo'n bescheiden setting dan hier het geval was, en dit los van wat er allemaal aan muziek en opnames voorbijkwam.

In een poging Arthur te laten zien hoe zijn eigen geluid thuis zich verhoudt tot dat van "het gemiddeld door mij aangetroffene" bij anderen thuis, informeerde ik naar zijn 'referenties'.

Ofwel:

"Arthur, heb je enig idee hoe het geluid van deze set zich verhoudt tot dat van veruit de meeste andere die ik bij klanten aantref, zelfs de hele dure die in rampzalige ruimtes staan te spelen?"

Hij bleek logischerwijs, als beginnend muziekliefhebber, geen idee te hebben hoe goed zijn geluid was.
"Heel veel serieuze audiofielen en liefhebbers zullen een moord doen om jouw geluidskwaliteit en muzikale overtuigingskracht in eigen huis te kunnen hebben", zei ik nog, welgemeend.
Want dat was voor mij een feit uit mijn eigen waarnemingen en referentiekader.

"En het basprobleem?", vroeg Arthur. Ik mompelde iets als, "het zou mij verbazen als we sterkteverschillen gaan meten die verder dan 10dB uiteen liggen".
Wat nogal goed is, als je de invloed van de ruimte zelf meeneemt in de metingen.

Hieronder de meting van het hoofdsysteem (het gaat om de rode curve):


afbeelding kan aangeklikt worden voor vergroting


Deze meting is bruikbaar tot 8kHz.
Wanneer 129dB als nul-dB lijn wordt beschouwt, dan is de weergave tussen 50Hz en 8kHz recht binnen 9dB (+/- 4,5dB). Dat lijkt op het eerste gezicht wellicht iets dat als 'slecht' moet worden beoordeeld, maar het zegt tegelijk weinig of niets over
HOE dit nu werkelijk klinkt voor een menselijke luisteraar.
Het is niet ongebruikelijk om in
onbehandelde situaties sterkteverschillen van 20 tot 35dB te meten. Daarbij vergeleken is deze meting in de reeds behandelde ruimte aardig recht -- in elk geval voldoende recht om niet de oorzaak van een groot probleem te kunnen zijn, wanneer ook de evaluatie van de nagalmkarakteristiek wordt meegenomen.

Vergeet dus niet dat akoestische metingen altijd
welbewust de invloed van de ruimte zelf willen meenemen!
Van een basprobleem zal in de praktijk misschien sprake kunnen zijn als de sterkteverschillen tussen de pieken en dalen de grenzen van +/-15dB zouden gaan overschrijden.



naar boven



Nagalmtijd: berekend en objectief.
Inzicht in het heersende nagalmkarakter van de ruimte zal een tot nog toe onbesproken gebleven aspect toevoegen aan het totaalplaatje van het project. Dit project werd eerst op afstand en voordat het überhaupt bestond, in theorie uitgewerkt. Eén van de targets van het ontwerp was het op voorhand berekende nagalmkarakter van de eindsituatie. De toepassing van alle akoestische maatregelen zou, in samenhang en bij benadering, onderstaand nagalmkarakter moeten opleveren:


afbeelding aanklikken voor vergroting


De twee donkergroene lijnen geven de target aan voor deze ruimte en ondanks de oplopende karakteristiek in het laag zou er, op grond van deze eindberekening, geen probleem moeten zijn met de nagalmtijd in datzelfde laag.

De
daadwerkelijk gemeten nagalmtijd ten tijde van het bezoek is hieronder afgebeeld, en laat zien dat de werkelijkheid net iets minder rooskleurig is uitgevallen. Het is een feit dat ik bij het ontwerpen van een ruimte eerder iets te weinig dan iets teveel absorptie implementeerde, aangezien het achteraf altijd veel gemakkelijker is om nog absorptie toe te voegen, dan om het weg te moeten nemen.


objectief (gemeten) nagalmkarakter van Arthur's ruimte


Uit deze meting valt af te leiden dat, als het er echt op aankomt, enige aanvullende laagabsorptie onder 100Hz nog wel op zijn plaats kan zijn. De waarde van 0,96 seconde op 80Hz zou strikt genomen 0,75-0,8 seconde mogen zijn. Deze iets te lange tijd kan de oorzaak van een basprobleem vormen. Omdat alle overige aspecten zo netjes in orde gekomen zijn, steekt de iets te lange nagalmtijd in het laag als het ware ineens sterker af bij de rest.
Hoe een op zichzelf heel mild probleem toch op kan vallen als al het andere is weggevallen...



Oplossingen Achteraf.
Op dit punt geeft
de esthetische en budgettaire voorkeur van de klant de doorslag, want er zijn in principe meer oplossingen mogelijk om de laagweergave onder 100Hz over de hele linie te verkorten.

Dan is er ook nog
de muzikale voorkeur, ofwel de smaak!
Zelf zou ik geen enkele probleem ervaren met deze basweergave.
Arthur ervaart dat, bij nader inzien, ook niet echt meer, dankzij het op zijn plaats vallen van een wat ruimer referentiekader, maar als hij dat zou willen valt er nog wel het een en ander akoestisch aan te passen.

Het herdefiniëren van een lagere afstemming voor de basstraps is een mogelijkheid, die ik overigens nooit als eerste zou adviseren omdat er betere alternatieven zijn. Door een andere latafstand, latbreedte en latdiepte toe te passen, kan nog een wat lagere afstemming worden gerealiseerd
met dezelfde holle ruimte, maar dit vereist het nodige werk en als dat vermeden kan worden, dan zou dat alleen maar gunstiger zijn.

Als alternatief voor herziening van de bestaande basstraps, kan Arthur hetzij symmetrisch op twee zijwanden, hetzij elders achterin de ruimte, twee
RPG Modex-Plate basstraps toepassen. Dat zijn kant-en-klare modules met zeer geringe diepte, die niettemin vanaf 30Hz en hoger zeer effectief werken. Omdat fysieke ruimte hier een nijpend probleem is geworden, zal er weinig anders opzitten dan aanschaf van twee modules. Gewone zelfbouw basstraps hebben door hun werkwijze een grotere diepte nodig van de achterliggende holle ruimte, en zijn daarom in dit stadium niet meer toe te voegen aan de ruimte.



naar boven



Moraal?
De moraal, zo die er is, zou kunnen zijn, dat het vanzelfsprekend is, dat je een geluidsaspect dat je nog niet echt bewust kent daardoor ook niet echt op waarde kunt schatten. Evenmin zul je het missen, als het er niet is...
Als je de impact van zoiets als 'goede dynamiek' nog nooit hebt ondergaan, zul je zulke dynamiek ook niet kunnen missen, als ze er niet is.

Dit gaat echter uitsluitend over iemands binnenwereld -- over het individuele referentiekader waarmee we het geluid beoordelen en de muziek beluisteren. Met elke nieuwe luistersessie -- vooral die welke bij anderen dan jezelf plaatsvinden -- kan het referentiekader zich onbegrensd verder doorontwikkelen.
Luisteren bij anderen is één manier om ervaring op te doen.

Dit principe maakt aldus een toch ook wel grappige situatie mogelijk:

... als je je niet realiseert hoe goed je geluid eigenlijk al is,
dan lijk je het ook niet ten volle te kunnen waarderen...

Dat is vast psychologisch verklaarbaar.
Je kunt je, zoals in Arthur's geval, helemaal blind staren op die ene baslijn uit dat ene liedje, en je door je nog geringe luisterervaring gewoon niet realiseren dat dit alles toevallig nogal merkwaardig is opgenomen.

Het relatieve sterkteverschil van 3 of 4dB tussen twee achtereenvolgens aangeslagen bastonen bleek dan weer wel duidelijk hoorbaar voor Arthur. Wat op zich een compliment is voor zijn
natuurlijk hoorvermogen.
Dan
KUN je nog wel denken dat je een basprobleem hebt, maar dat is er dan niet echt.
Een anomalie zoals deze, die in een bepaalde opname wordt ingebouwd, is een op zichzelf staand gegeven.

Want...:
ALS je wèl een basprobleem zou hebben,
dan heb je dat voortdurend,
en niet bij 1 of 2 liedjes...

Als het probleem in dat ene of in die twee nummers zit, en verder ben je zo blij als een kind met je geluid, dan mag je gerust de mogelijkheid overwegen dat het ook weleens in de opname zelf kan zitten.
Arthur kon zichzelf geruststellen op dit punt; dat hoefde ik niet voor hem doen, want hij zal zelf voldaanheid moeten ervaren over dit alles. De beste manier waarop Arthur dat op dat moment kon doen, zou zijn door bij audiovrienden te gaan luisteren. Dan blijkt vanzelf waar hij staat met zijn weergave...

Het aantonen dat een probleem gewoon niet, of zelfs in tegenovergestelde mate manifest is, blijkt soms lastiger te zijn dan het aantonen van een probleem dat duidelijk wel nadelig aanwezig is.
Het effect van jezelf blindstaren op een heel klein stukje geluid is, als het goed is, iedere aan audiofiel wel bekend, maar het is nooit te hopen dat het een langdurige 'aandoening' is.

Een gevoel voor verhoudingen is hierbij heel zinvol. Destijds beluisterde ik jaarlijks 80 tot 100 verschillende audiosets van
echte liefhebbers, voorkomend in alle prijsklassen en opgesteld in zeer gevarieerde ruimtes. Daardoor groeide als vanzelf een referentiekader mee, alsmede een bijbehorend
gevoel voor verhoudingen.

Zonder die twee zaken kun je zomaar de eigenaar zijn van een geweldige muziekweergave thuis,
zonder het zelf ten volle te realiseren...



Toine Dingemans, 23 augustus 2017.



naar boven